Klote man maar morgen beter
Abbey Road (1969), part one. Over de beste en de laatste plaat van de beste band van alle tijden. Part two is voor later. Dan lees je meer over de liedjes en krijg je mijn meedogenloze mening.
De split van de Fab Four
Abbey Road, het elfde studioalbum van The Beatles, lag op 26 september 1969 in Groot-Brittannië in de platenwinkels. Het is de laatste productie waarvoor ze met vier samenwerkten in de studio. George Martin was de producer, Geoff Emerick de geluidstechnicus en Alan Parsons zijn assistent. In 1969 was eerder al Yellow Submarine (met de songs en de muziek van de tekenfilm) en de singles The Ballad of John and Yoko/Old Brown Shoe en Get Back/Don’t Let Me Down uitgebracht. Ze speelden voor de allerlaatste keer live voor een publiek op het dak van het Apple-gebouw aan Saville Row in Londen. Het hele twaalfde studioalbum Let It Be was al grotendeels opgenomen voor er van Abbey Road sprake was. De sessies voor Abbey Road startten op 2 juli. Op 4 juli werd Give Peace a Chance van John Lennon’s Plastic Ono Band gereleased. Het was de eerste solo-single ooit van een Beatle.
Op vrijdagochtend 8 augustus 1969 om 10 uur GMT werden de Abbey Road foto’s gemaakt. Fotograaf: Iain Macmillan. Zes foto’s van op een trapladdertje. De vijfde werd de hoes. Achter George, een VW Beetle. Het zebrapad en de studio op nummer 3 zijn nu opgenomen in de lijst van gebouwen met groot historisch en cultureel belang. Het is Engels erfgoed.
Op 18 augustus speelden ze voor het laatst allemaal samen. The End, het voorlaatste nummer van de plaat, werd ingeblikt. Op 20 augustus waren John, Paul, George en Ringo nog een keer samen in de studio. Dat was voor overdubs en het mixen van I want You (She’s So Heavy). Een paar dagen later was er nog een fotosessie. In september, Ringo lag in het ziekenhuis, beslisten Lennon, McCartney en Harrison dat ze er als band mee ophielden. De meningsverschillen hadden vooral te maken met de songs, de credits en heel vaak kibbelden ze over wat de ene vond van de liedjes van de andere. De stekker ging voor altijd uit het songschrijversduo Lennon-McCartney en op de volgende release zou er plaats zijn voor vier nummers van Paul, vier van John, vier van George en 2 van Ringo. Er werd nog over een kerstsingle gepalaverd. De zakelijke Beatles namen het helemaal over. Later in september informeerde Lennon de andere drie dat hij uit de groep wilde stappen. Vroeg in januari 1970 zei hij aan een Deense journalist: “We’re not breaking up the band, we’re breaking up it’s image.” The Beatles zijn geen miljonairs, er komt nog een nieuwe plaat liet hij nog weten. Op 10 april 1970 berichtte McCartney middels een persbericht dat hij niet meer met The Beatles samenwerkte. Was dat tijdelijk? Het speculeren begon. Op 17 april verscheen Paul McCartney’s eerste solo-plaat. Op 8 mei 1970 verscheen Let It Be en pas op 29 december 1974 werd de split geformaliseerd. De geruchten over een reünie bleven duren tot John Lennon in 1980 werd vermoord.
Abbey Road
Het is een straat deels in Camden, deels in Westminster en dwars door St Johns Wood. Dat is een residentiële wijk met elegante villa’s en veel oud geld in een van de duurste wijken van Londen. De plaat met die naam is volgens BestEverAlbums.com de nummer 3 aller tijden. De website baseert zich op 55.000 verschillende beste-plaat-lijstjes van overal en aller tijden. Op 1 staat OK Computer (Radiohead) en op 2 The Dark Side of the Moon (Pink Floyd). Nog van The Beatles in de top 10: Revolver (4) en Sgt. Pepper’s (8). The Beatles (The White Album) staat op 13, Rubber Soul op 28. De hoogste gerankte tracks uit Abbey Road zijn Golden Slumbers, Come Together, Here Comes The Sun en Something, allemaal in de top 20.
Abbey Road dat is 17 nummers en 47 minuten speeltijd. Bob Dylan kwam datzelfde jaar met Nashville Skyline. Ook een baanbrekend album. 10 liedjes, 26 minuten en 46 seconden. Van The Beatles krijg je dus veel waar voor de prijs van een LP. Andere platen uit 1969 die ook nu nog genoemd worden bij de beteren aller tijden: Led Zeppelin I en II, Let it Bleed van The Rolling Stones, de titelloze plaat van The Velvet Underground en In the Court of the Crimson King van King Crimson. Klassiek: blijkbaar andermaal geen zwarte muziek en geen vrouwen in de toplijsten. Aanvullend dus, uit 1969 en zeer goed: Dusty in Memphis (Dusty Springfield), Stand! (Sly and the Family Stone), Love Man (Otis Redding), Say it Loud (James Brown, een van de vier die hij dat jaar uitbracht), Hot Buttered Soul (Isaac Hayes), Soul ‘69 (Aretha Franklin), Cloud 9 (The Temptations), Clouds (Joni Mitchell), Willy and the Poor Boys en Green River (Creedence Clearwater Revival) en, de debuutplaat van The Band. Hitsingles in de UK en de US? Aquarius/Let the Sunshine In van The 5th Dimension uit de musical Hair, Sugar, Sugar van The Archies, Get Back van The Beatles, Honky Tonk Women van The Rolling Stones en In the Year 2525 van Zager and Evans. Op 33 en op 45 toeren is dat de muzikale kaart in pop, rock, R&B en soul waar Abbey Road ook op staat.
Kritiek van The Beatles
Abbey Road is de Beatles-plaat die het best scoort in de meeste best ever-lijsten terwijl zij als band en als soort toen al met uitsterven bedreigd werden. John Lennon vond het “music for the grannies to dig,”. De productie vond hij te glad. De A-kant vond hij goed, de nummers van Harrison (Something en Here Comes The Sun) artistiek zeer goed. Lennon was trots op zijn Come Together. Over de medley zei hij: “I never liked that sort of pop opera. It was all Paul’s concept.” Hij was co-auteur maar miste samenhang. McCartney was tevreden met de medley (“a great piece of work”). Over Something zei Macca: “The best song of the album”. Harrison: “Probably the nicest melodie I’ve written.” Something werd gecoverd door Frank Sinatra, door Elvis Presley en Joe Cocker. Sinatra noemde het “the greatest love song of the past 50 years.” Here Comes the Sun, ook van George Harrison, werd op plaat gezet door Nina Simone, Richie Havens en George Benson. Harrison is vanzelfsprekend tevreden over Abbey Road: “A very happy album.” Ringo Starr: “We all knew we were splitting up, so we wanted to make the best album we could.” De spannendste momenten waren eigenlijk achter de rug. Alles wat op Let it Be terechtkwam, al opgenomen in het begin van 1969, was negatief geladen met slechte herinneringen. Ringo was heel tevreden met zijn drumwerk op Come Together en zelfs op de drumsolo die in The End zit. “I hated drum solos, but they said, ‘You’re going to have to do one,’ so I did.”
Kritiek van de critici
Vandaag is het een meesterwerk, oorspronkelijk werd het niet zo onthaald. Minder vernieuwend dan Sgt. Pepper’s, veel te gepolijst en al helemaal naast de ruwere en avontuurlijke songs op The White Album en Revolver. De gevel werd met harmonieuze en productionele trucs versierd, de spontaniteit en het plezier van samen muziek maken ontbreekt. Tegenover de leegheid van Maxwell’s Silver Hammer staat wel de emotionele lading van Something. George Harrison is op post. Of mag profiteren van het moment waarop Lennon-McCartney het laten afweten.
Ed Ward noemt het album in Rolling Stone, november 1969 “a rather tenuous line between boredom, Beatledom and bubblegum.” A tenuous line is een dunne lijn, de rest van de zin laat zich maar moeilijk vertalen maar klinkt allesbehalve positief. Chris Welch prijst in de Melody Maker van september 1969 het ontbreken van pretentie, diepere betekenis en symboliek. Dat is als compliment bedoeld. De plaat is gesofisticeerd en inventief. John Mendelssohn, ook in de Rolling Stone van november 1969, looft de adembenemende opnamekwaliteit en vindt de B-kant even goed als de hele Sgt. Pepper’s. De meningen waren verdeeld en dus simplificeert Robert Christgau in The Village Voice van december 1969. Hij haalt de hele plaat en de band naar beneden. “Opinion was shifted against The Beatles. Everyone is putting down Abbey Road.” Dat laatste is in ieder geval zeker niet gebeurd.
Giles Martin is de zoon van Beatles-producer George Martin. Voor hem is Abbey Road “de perfecte toegangspoort tot het Beatles-universum omdat het zo modern klinkt.” De zoon van heeft de plaat in 2019 opgepoetst voor haar vijftigste verjaardag. “The album's 17 tracks are newly mixed by producer Giles Martin and mix engineer Sam Okell at Abbey Road in stereo, high res stereo, 5.1 surround, and Dolby Atmos, accompanied by 23 session recordings and demos, most of which are previously unreleased.” Giles Martin is een kenner.
Tot zover, en in de hoop dat ik een interessant stukje over tijdloze muziekmakers in goed Nederlands via Substack de wereld heb ingestuurd.